de Filipijnen zijn na India en de Verenigde Staten de grootste rumdrinkers ter wereld.
DE START VAN DON PAPA RUM
Hacienda Rosalia is onze eerste bestemming op de rietsuikerreis door Negros. Op weg naar de Rosalia rijden we door de plantages. We zien grove bladeren, lange, houtige stengels. Een beetje grof gras, maar dan een paar meter hoog. De Saccharum officinarum is dan ook lid van de grassenfamilie, alleen een stuk zoeter. En een stuk taaier. Daarin lijkt het meer op andere broertjes en zusjes, zoals bamboe en mais.

Op de haciënda bijten we op stukjes suikerriet – verrassend fris – en drinken een punch – mangosap met rum – op het terras. Precies het terras waar twaalf jaar geleden tijdens een vloeibare lunch het idee ontstond voor een nieuw rum merk, Don Papa. De Engels—Ierse Stephen Carroll, toen een van de topmannen bij het drankenconcern Remy Cointreau, en de Filipijnse Andrew Garcia (‘A.J.’) bespraken de kwaliteit van de rum van het eiland. Rum wordt sinds de negentiende eeuw geproduceerd – en gedronken – op de Filipijnen. Goedkope rum, meestal bedoeld voor de mix: de Filipijnen zijn na India en de Verenigde Staten de grootste rumdrinkers ter wereld.
THE MAKING OFF: EEN PREMIUM RUM
Carroll en A.J. constateerden dat het tijd werd om eens een echte premium rum te ontwikkelen die ook naar internationale maatstaven tot het hogere segment behoorde. Volgens hen waren alle basis-ingrediënten voor zo’n premium rum aanwezig.
Als eerste natuurlijk het suikerriet, dat hier tenslotte al eeuwen groeit. Het bleek dat na de raffinage van het riet voor de suiker een bijproduct ontstond: melasse. Aanvankelijk beschouwd als een waardeloos product, misschien geschikt als varkensvoer of mest voor het land. Maar de plantagehouder, of een van zijn arbeiders, moet erachter zijn gekomen dat melasse, vermengd met water, gemakkelijk ging fermenteren.
Hoewel dat oorspronkelijke brouwsel weinig liefhebbers kende, bleek dat het ideaal basismateriaal was voor distillatie. Et voilà, rum was geboren. De eerste vermelding was bij een beschrijving van het eiland Barbados uit 1651: “Het belangrijkste goedje dat ze hier maken is Rumbellion, alias Kill Devil, en dit is gemaakt van gedistilleerd suikerriet, een hete, helse en verschrikkelijke likeur.” Maar de naam Rumbellion paste beter, want de drank leidde ook tot rebellie. Denk maar aan de piraten die de Caraïbische zee afschuimden.
Heet en hels is rum allang niet meer, en het is van piraten- en zeemansdrank tot een van de hipste dranken van het moment geworden. Ideaal voor een shotje of als basis voor een tropische cocktail. Bij Don Papa hebben ze begrepen dat de eenvoudige ‘rummetjes’ van de Filipijnen, bedoeld voor de uitgebreide binnenlandse consumptie, de noodzakelijke uitbreiding behoefde. Een mooie rum die niet verdrinkt in een cocktail, maar ook eigenstandig kan worden gedronken, desnoods met wat blokjes ijs.

Een mooie rum die niet verdrinkt in een cocktail, maar ook eigenstandig kan worden gedronken, desnoods met wat blokjes ijs.
Van het einde van de moesson tot het midden van mei werken groepen arbeiders op de velden, waar ze in lange shifts het riet snijden, de bladeren verwijderen en de stengels vervolgens op een keur aan handkarren, vrachtwagentje, trucks of treintjes laden, afhankelijk van de plek waar de hacienda zich bevindt en waar de suikerfabriek staat. Het riet, dat bij de oogst al het groen heeft verloren en waarvan de stengels bruin zijn geworden, moet zo snel mogelijk naar de fabriek worden gebracht. Als het riet is gesneden begint namelijk vrijwel meteen de fermentatie van de suikers, en dat moet voorkomen worden.
De melasse gaat naar de distilleerderij waar het wordt verdund met schoon water. De oplossing wordt vergist. Dat duurt, afhankelijk van de gebruikte methode, zo’n drie tot twaalf dagen. Langzame fermentatie levert een product op met meer alcohol en fruitige tonen dan snelle fermentatie. Het vocht wordt daarna gedistilleerd: dat kan zowel in pott stills – bekend uit de whiskywereld – of in kolommen. De zo gestookte basisrum bevat rond de negentig procent alcohol, die verdund wordt naar 65 procent met vers bronwater.